De invloed van de maan op de planten 3

De maansknopenomloop

“De geestelijke wereld kan het beste worden begrepen vanuit de ordening van ons zonnestelsel…Hiervoor moeten gelijkenissen uit de sterrenhemel gehaald worden.” Rudolf Steiner (bewerkt door P.E.)

In het vorig artikel over de invloed van de maan op de planten, was te lezen dat dankzij het stijgbeeldenonderzoek van Lili Kolisko en het Hiscia instituut duidelijk is geworden dat de invloed van de maan o.a.:

Zwak is bij volle en nieuwe maan (in winter en zomer), in de jaren van de steile maanbaan (28,5 graden), aan het begin van de maansknopenomloop.

Sterk is bij volle maan en nieuwe maan (in winter en zomer) in de jaren van de vlakke maanbaan (18,5 graden); aan het einde van de eerste helft van de maansknopenomloop.

We moeten dus op zoek gaan naar de jaren van de vlakke maanbaan om te weten wanneer de invloed van de maan sterk is op de vormkrachten van het etherische leven.

Om deze invloed van de maan in de maansknopenomloop te begrijpen kunnen we naar de werking van zijn grotere broer, de zon kijken. De zon heeft een enorme zichtbare, uiterlijke invloed op de plant. De maan heeft net zo’n invloed maar dan meer innerlijk en onzichtbaar. De zonnekrachten maken dat de plant zich op de periferie en kosmos richt. De maankrachten maken dat de plant zich op het centrum van de aarde richt.

Door het stijgen van de zonnebaan tijdens de lente, richting de zomer, worden de planten als het ware uit de aarde getrokken. Wanneer de zon op zijn hoogste punt is op 21 juni heeft het baanvlak van de zon zijn grootste hoek bereikt van 23,5° met de equator. Hierna zullen zijn uiterlijke krachten weer afnemen. In de herfst zullen de planten dan weer afnemen. Het stijgen en dalen van de zonnebaan heeft een grote uiterlijke invloed op de plantenwereld en bepaald onze seizoenen.

Bron: wetenschapsschool.nl

Bij de maan is dit tegengesteld. In de eerste plaats is de omloop van de maan langs de sterrenbeelden in de dierenriem veel sneller. Terwijl de zon gedurende één jaar door de Zodiac loopt doet de maan dat in één maand. Daarom werkt de maan niet op de uiterlijke groeicyclus van één zonnejaar maar op een meer kleinere, innerlijke levenscyclus. Gedurende die maand werkt de maan op de etherische vormkrachten in de plant. Bepalend daarbij is dat ze iedere cyclus van 29,5 dagen voor de ene helft onder en voor de andere helft boven de zonnebaan loopt. Op haar diepste punt loopt ze 5° lager dan de zonnebaan en op haar hoogste punt 5° boven de zonnebaan. 

Bron: Wikipedia, maansknopen

°

De halve maand dat ze boven de zonnebaan loopt noemen we steile maanbaan en de halve maand dat ze onder de zonnebaan loopt vlakke maanbaan. Echter door het verschuiven van deze maansknopenomloop met 19° per jaar vinden deze boven- en onderlopen niet altijd plaats in dezelfde maanden. Hierdoor kunnen er jaren zijn dat de zon in de zomertijd (Stier, tweeling zie afbeelding hieronder) op zijn hoogste punt staat en de maan tegelijkertijd 5° er boven loopt waardoor de maan de uitzonderlijke hoogte bereikt van 23,5 + 5 = 28,5°. Een halve maand later staat zij in deze zomertijd tegenover de zon (schorpioen, boogschutter zie afbeelding hieronder) en weer die 28,5°, nu onder de zonnebaan, exceptioneel laag ten opzichte van de equator.

Dit principe komt een half jaar later, in de wintertijd, terug. De maansknopenomloop heeft haar grootste hoek nog steeds boven de zomer- en wintertekens staan omdat zij pas na 1,5 jaar 1 dierenriemteken verschoven is. Na een half jaar, in de wintertijd, staat haar hoogste hoek dus nog steeds in dit winter- en zomerteken. Hierdoor speelt deze bijzonder grote hoek van de maan met de zon ten opzichte van de equator ongeveer 3 opeenvolgende jaren. Dan pas weer na een volledige maansknopenomloop.

Het is op deze momenten van steile maanbaan, wanneer de maan een bijzonder hoge en lage hoek maakt van 28,5° ten opzichte van de equator, dat in zomer en winter, de volle- en nieuwe maan aan het begin van de maansknopenomloop een zwakke vormkracht hebben.

Afbeelding van Stichting een Klaar Zicht van Liesbeth Bisterbosch

Of de jaren van de maansknopenomloop gedurende de cyclus van 18,6 jaar, dat de vlakke maanbaan precies op de laagste stand staat tussen de boogschutter en schorpioen.

Afbeelding van Stichting Klaar zicht van Liesbeth Bisterbosch

Afbeelding van Stichting Klaar Zicht van Liesbeth Bisterbosch

Zoals de planten het sterkst worden beïnvloed door de zon wanneer zij snel stijgende is na het lentepunt tot haar hoogste punt op 21 juni in de tweelingen. Zo zijn de volle en nieuwe manen het sterkst tijdens de jaren dat op werkt de maan het sterkst op haar meest diepe punt.

Dit is natuurlijk wanneer hij het verste, 5° onder de zonnebaan staat. Het diepst punt van de vlakke maanbaan.  Maar het is nog sterker wanneer ze samenwerkt met de zonnebaan. Deze staat namelijk op haar laagste punt in de winter op 21 december. Wanneer dan

Wanneer de volle maan op de drakenkop staat, zal zij na 27,21 dagen weer bij deze drakenkop staan maar niet weer vol zijn. Dit is zij pas 2,32 dagen later. Dit betekent dat de draconische maand ingebed is in een ander ritme dan het lunaire ritme dat samenhangt met de positie ten opzichte van de zon.

Omdat een draconische maand 2,32 dagen eerder klaar is dan een lunaire maand van 29,53

Astroklok van Peter Evers

 De maansknopen (snijpunten)  zijn geen fysieke of concrete dingen in de hemel liggen maar abstracte snijpunten van de zonne-eclips en de baan van de maan. Deze snijpunten zijn op mijn planetariumklok door het ingevoegde spandraad duidelijk zichtbaar. Je kunt goed zien wanneer de maan boven water komt en wanneer ze er weer onderduikt. Deze snijpunten blijven ieder jaar ongeveer op dezelfde plaats in de gegeven sterrenbeelden. Dit jaar in 2019 zijn dat de Tweelingen en de Boogschutter. Heel langzaak verschuiven deze snijpunten, ongeveer één dierenriemteken per 1 ½  jaar. Dit jaar komt de omloopbaan van de maan boven de zonnebaan in de Tweeling en in de Boogschutter duikt ze er weer onder. Iedere maand loopt de maan zowel door de steile maanbaan als door de vlakke maanbaan. Daarbij verheft zij zich boven de zonnebaan en duikt er weer onder. Dit is een belangrijk gegeven omdat de zonne-eclips niet zomaar een abstracte lijn aan de hemel is. De zon deelt door haar baan werkelijk de hemel in twee werelden waarin zij het midden houdt. Er is een onderscheid tussen de hemel boven de zonnebaan en die eronder.

Nutatie

Stel nu dat de zon en de  maan precies tegelijk op één van de twee snijpunten staan, zoals bijvoorbeeld in januari 2020, ontstaat er een zonsverduistering. De maan staat dan precies voor de zon. Wanneer beide hemellichamen precies tegenover elkaar staan op beide snijpunten, heb je een maansverduistering omdat de schaduw van de aarde dan over de maan heen schuift.

De eerste stap zal zijn om aan te tonen hoe de fasen van volle- en nieuwe maan in deze beweging van de knooppunten passen.

Volle- en nieuwe maan in de maansknopenomloop

Wanneer een volle maan bij bijvoorbeeld de drakenkop staat, duurt het 27,21 dagen totdat de maan weer bij deze drakenkop staat. Echter pas 2, 32 dagen later is het weer volle maan. (idem voor nieuwe maan) Door de omloop van de aarde ten opzichte van de zon is dit lunatieritme iets langzamer. Na deze 2,32 dagen is de maan al weer op weg naar de drakenstaart en staat daarom niet meer op het knooppunt met de ecliptica maar erboven. Hierdoor komt het dat het ongeveer één jaar duurt voordat de volle maan in de opeenvolgende maanden alle stellingen doorlopen heeft die de maan ook, zonder vol of nieuw te zijn, iedere 27,21 dagen doorloopt. Dus het volle maansmoment wandelt over de maanbaan en verschuift iedere volle maan 2,32 dagen ten opzichte van de drakenkop en duurt er één jaar over om weer bij de drakenkop te zijn.

In de tweede plaats is het volgen van de schijnbare breedtegraad waarbij de maan in dezelfde maand, gedurende meerdere opeenvolgende jaren, vol of nieuw wordt. Hier is het tempo veel langzamer. De maan heeft 18,6 jaar ( een volle maansknopenomloop) nodig totdat hij in dezelfde maand bij dezelfde schijnbare breedtegraad weer vol wordt. Dus staat precies op jouw geboortemoment een volle maan op  bijvoorbeeld 24° op de Ecliptica, dan staat daar weer op jouw geboortemoment een volle maan na 18 jaar en 7 maanden. Nu wandelt niet alleen het vollemaansmoment over de maanbaan maar ook nog eens in dezelfde maand in het jaar is zij de volle maan op die plek.

Op 16 augustus 1950 begon drie dagen na nieuwe maan een maansknopenomloop bij de drakenkop. Deze bevond zich bij de lengtegraad 0 ° in het sterrenbeeld Vissen. Deze maansknopenomloop duurt 18,6 jaar tot in 1968. Wat hier behandeld wordt, betreft de eerste helft van deze maansknopenomloop, met een duur van 9,3 jaar, eindigend op 9 december 1959.

A. In het eerste plaatje zien we hier een zomermoment waarin de zon een hoge boog maakt van 23,5 graden boven de hemelequator en de maan gaat daar nog eens 5 graden overheen.

In het tweede plaatje zien we vanuit een verre ster gezien hoe de zon in een zomermoment hoog staat en de maan er doordat de maansknopen in een herfst- en lenteteken (bijv. maagd en ram) staan, nog eens .

In het derde jaar zien we de optelsom van de graden boven de hemelequator. nml. 28,5 graden. De zon staat in de zomertijd in een hoog teken, bijvoorbeeld de tweeling en de maan gaat daar nog eens 5 graden overheen.

Deze hoge loop van de maan wordt de steile maanbaan genoemd omdat hij 28,5 graden boven de hemelequator uitloopt. In de wintertijd loopt de maan tegenovergesteld extra diep, 28,5 graden onder de hemelequator.

De eerste volle maan- en nieuwe maan  die daar plaatsvond was die van december 1950 en juni 1951. Een denkbeeldige lijn die de positie van deze volle- en nieuwe maan verbind met de hemelequator maakt een neiging van 28,5° (23,5° van de ecliptic en nog 5° van de maan erbij). De bovenste tekening toont de schijnbare baan van de zon en de baan van de volle maan, zoals ze boven de horizon te zien waren.

B. In de bovenste tekening zie je de nieuwe maan weer teruglopen naar de maansknoop.

In de middelste tekening zie je dit van de zijkant.

In de onderste tekeningen zie je het moment dat de maan en de zon tegelijk op de maansknoop staan. Op deze momenten ontstaan de verduisteringen.

C. In de bovenste tekening zie je de maan onder de zon doorlopen op een herfstmoment (zon staat in een herfstteken zoals de Maagd)

De middelste tekening waarbij we het geheel weer van een ver standpunt beschouwen, laat de lage stand van de maan zien op een zomermoment (zon hoog aan de hemel). De maansknopen staan nu in een herfst en lentebeeld zoals de ram en Maagd.

De onderste tekening herhaalt dit zomermoment met de maan 5 graden eronder. De maansknopen staan nu dus wederom in een herfst- en lenteteken. Maar nu 9 jaar later

Omdat de draconische maand (27,21 dagen) korter is dan de lunaire maand (29,53 dagen) en daardoor in één jaar 19° terug blijft kun je je voorstellen dat gedurende de volgende jaren de volle- en nieuwe maan in december en juni steeds dichter bij de zonnebaan in de buurt komen zodat ze in het jaar 1954 op de maansknopen plaatsvinden.

  • Wanneer de volle- en nieuwe maan dan op de maansknopen plaatsvinden zullen er maans- en zonneverduisteringen plaatsvinden. De afbeelding laat deze situatie zien.
  • Gedurende de volgende jaren zet zich de dalende beweging voort. De volle manen in december vonden steeds meer onder de zonnebaan plaats en de volle manen in juni lagen steeds verder boven  de zonnebaan totdat de neiging van de denkbeeldige lijn tussen de maanbaan en de hemelequator zijn minste positie bereikt heeft met een hoek van 18,5° tot de hemelequator.

To be continued…

You Might Also Like

Leave a Reply